Musea lijden aan angst voor sprinklersAMERSFOORT - Veel zuurder kan het niet voor de directie van het afgebrande Armando Museum in Amersfoort.
Vorig week hadden ze veiligheidsadviseur Ton Cremers over de vloer. Die constateerde dat ze hun zaakjes prima op orde hadden.
Alleen de kap van de voormalige kerk was een risico, en hij had al gezegd dat ze daar een sprinklerinstallatie moesten installeren.
,,De kosten hoeven niet het struikelpunt te zijn,’’ zegt Cremers, zelfstandig veiligheidsadviseur gespecialiseerd in cultureel erfgoed. ,,Het aanleggen van zo’n installatie kost gemiddeld 75 euro per vierkante meter bij nieuwbouw en het dubbele bij bestaande gebouwen. Daarmee bescherm je onvervangbare kunst.’’
Maar bij veel musea is de angst voor water groot. In hun bangste dromen zien ze door een vals alarm sprinklers openspringen en hun kunst verwoesten. ,,Met kunst aan de muur is het niet wijs om met water te werken,’’ zegt Jan Moerer, hoofd productie van de Rotterdamse Kunsthal. ,,De brandmeldinstallatie is erg gevoelig. Zodra de samenstelling van de lucht verandert, gaat die af. Dat gebeurt al wanneer in het restaurant een tosti verbrandt of als er buiten lassers bezig zijn en de lucht naar binnen waait.’’
Ook het Centraal Museum in Utrecht zag om die reden af van sprinklers. Adjunct-directeur Ida van Zijl: ,,Bij een grote verbouwing in 1999 hebben we dat overwogen, maar we zagen er van af. Zo’n installatie kan waterschade veroorzaken aan de kunst en aan het gebouw.’’
Cremers wordt moedeloos van dit soort verhalen. ,,Een sprinkler is gekoppeld aan een brandmelder en alleen op de plek waar rook is, volgt een reactie. Andere sprinklers gaan dus niet af. Uit de statistieken blijkt dat 1 op de 14 miljoen sprinklerkoppen ten onrechte afgaat. Toch hoor je elke keer die angst, terwijl water minder schade aanricht dan brand.’’
Volgens sprinklerbedrijven wordt een kwart van de branden door één sprinkler geblust en de helft door twee. Als de brandweer er aan de pas komt, is er veel meer bluswater nodig. Daarnaast staat het buiten kijf dat sprinklers veel eerder reageren dan de brandweer ooit ter plaatse kan zijn.
Musea kunnen met brandwerend materiaal en het afsluiten van verschillende ruimten een brand en ernstige gevolgen proberen tegen te gaan. Zo is het Centraal Museum in Utrecht gevestigd in een aantal aaneengeschakelde gebouwen. Die zijn voorzien van brandscheidingswanden en brandwerende deuren.
Snel reageren als het toch mis gaat, is van groot belang. Zo werkt ook het Gemeentemuseum in Den Haag (geen sprinklerinstallatie) met compartimenten die door brandveilige deuren van elkaar zijn gescheiden. ,,Het vuur kan daardoor niet overslaan,’’ laat directeur Wim van Krimpen weten. Het Haagse Gemeentemuseum kent een 24 uursbeveiliging met camera’s. Bij calamiteiten wordt direct groot alarm gegeven en staat de brandweer ‘binnen luttele minuten’ voor de deur, aldus de museumleiding.
Het Museum Boijmans Van Beuningen in Rotterdam dankt zijn huidige collectie juist aan een brand in 1864 in het toenmalige onderkomen, het Schielandhuis. Het verzekeringsgeld werd besteed aan de aankoop van nieuwe werken.
Vandaag de dag beschikt Boijmans Van Beuningen over een ‘stelsel aan voorzieningen’ voor de brandveiligheid. Directeur Sjarel Ex: ,,Camera’s, brandmelders, op de vloer is blusapparatuur, deuren vallen dicht als er brand is en het gebouw is zo onbrandbaar mogelijk.’’ Het beveiligingsysteem wordt geregeld getest en er worden brandoefeningen gehouden.
Aan deze productie werkten mee: Daan Hakkenberg, Nico Heemelaar, Istvan Kövi, Jeroen de Valk, Leo de Vries en Kees Wessels.
www.ad.nl